Een garnizoensstad buiten de Hollandse tuin

02 sep , 14:56 Nieuws
41 img 3300 de gans foto geert kilwinger hr
Gehavend en vernederd kwam ’s-Hertogenbosch uit de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Dat is het titel van het nieuwe rijkelijk geïllustreerde boek, dat op zondag 8 september aan burgemeester J. Mikkers in het Jheronimus Bosch Art Center wordt aangeboden.  
Jo Timmermans van het Jheronimus Bosch Art Center  ervoer dat er weinig tot niets bekend  was over de rol en de positie van ’s-Hertogenbosch tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Hij daagde drie ervaren Bossche historici en docenten uit: Frans van Gaal, René Kok en Kees van den Oord. Er zijn hier wel veel sporen en gebouwen uit die tijd bewaard gebleven: schansen, forten, bastions, vestingmuren, dijken, linies en niet vergeten het Kruithuis, Bastion Oranje en de Citadel. Kloosters, kapellen en de Sint-Jan werden gehavend. Vorig jaar werd een mural of muurschildering aangebracht van twee Spaanse soldaten aangebracht op een flat aan de Helftheuvelpassage. Ze slaagden erin om in de nacht van 3 op 4 mei 1629 de Bossche vestingstad te bereiken. De Staatse omsingeling door Frederik Hendrik was nog niet volledig. Is dit feit in brede kring bekend? Vragen over de positie van ’s-Hertogenbosch tussen 1566 en 1648 blijven vaak onbeantwoord. Was de stad in 1648 bevrijd of bezet? In 1631 verzuchtte men al: bevrijd van de Spanjaarden, nu onder de tirannie van de Oranjes.
’s-Hertogenbosch is tijdens de Tachtigjarige Oorlog het toneel van overvallen, invasies, plunderingen, belegeringen en veldslagen. De Oorlog was een langdurig militair-politiek conflict, een belangenstrijd, een burgeroorlog met huurlingenlegers die uitmondde in een onafhankelijkheidsstrijd. Een oorlog met veel onbekende gezichten.
’s-Hertogenbosch was rond 1550 een voorname Brabantse hoofdstad met veel kerken, kapellen en kloosters. Het cleyne Rome was de bijnaam.  Een imponerende  vestingstad, tweede stad in Nederland na Utrecht, met een relatief grote groep protestanten ( ongeveer  15 tot 20 procent).  Een eeuw later is de trotse stad afgezakt. Niet vooraanstaand meer, maar een gewone kleinere garnizoensstad buiten de Hollandse tuin. Geen metropool, maar  een gehavende en vernederde stad. Na de inname van 1629 door de Staatse troepen van Frederik Hendrik neemt een protestantse Hollandse minderheid de stad over. Het gewest, de provincie Holland dicteert vanuit ’s-Gravenhage, de Bossche bestuurders worden nauwelijks gehoord. De Bossche bevolking volgt en berust in haar situatie
De lokale en regionale autonomie van ’s-Hertogenbosch, de hoofdstad van de Meierij, ook wel de stadstaat ’s-Hertogenbosch genoemd, werd  ongedaan gemaakt. De stad werd ondanks oude privileges niet gerespecteerd door de Staten-Generaal in Den Haag. Zij voelde zich zeker niet door de Republiek bevrijd. ’s-Hertogenbosch werd van een stemmende stad in de Staten van Brabant een aanhangsel, vatte mr. Johan Hendrik van Heurn (1716-1793) in zijn manuscript ‘Historie der Stadt en Meyerye’ de na 1629 veranderde status samen.  Van Heurn was nota bene een aanhanger van stadhouder Willem V.
Het boek ‘Gehavend en vernederd ’s-Hertogenbosch in de Tachtigjarige Oorlog’ is in het Jheronimus Bosch Art Center, het Kringhuis en de boekhandel verkrijgbaar.